AMSTERDAM, 20 april ━ Stichting Massaschade & Consument zet haar rechtszaak tegen Airbnb door. Dit doet zij na een uitspraak van de Hoge Raad uitvoerig bestudeerd te hebben, waarin de dubbele bemiddelingskosten die Airbnb zowel huurders als verhuurders in rekening bracht groen licht leek te krijgen. Volgens de stichting zijn er echter te snel conclusies getrokken en mag Airbnb - ook met deze uitspraak in de hand - geen ‘servicekosten’ rekenen aan de consument.
Volgens de stichting vroeg Airbnb jarenlang ten onrechte bemiddelingskosten aan zowel de huurders als verhuurders op haar platform. Met een collectieve procedure eist de stichting daarom compensatie voor naar schatting meer dan een miljoen Nederlandse Airbnb-gebruikers die een accommodatie op Airbnb hebben gehuurd.
Een prejudiciële beslissing van de Hoge Raad afgelopen november leek daar een streep door te zetten. Met de uitspraak week Nederlands hoogste rechter verrassend af van een eerder advies van één van haar belangrijkste adviseurs, de advocaat-generaal. Deze stelde juist dat het verbod op dubbele bemiddelingskosten bij bemiddelaars van onroerend goed, het courtageverbod, ook voor Airbnb gold. De Hoge Raad zag dit anders en voerde aan dat de wet destijds vooral tot stand was gekomen om uitwassen in de makelaardij tegen te gaan.
“De beslissing van de Hoge Raad leek in eerste instantie een vervelende uitkomst voor onze deelnemers te zijn, maar na deze goed bekeken te hebben blijven onze standpunten kaarsrecht overeind staan.” zegt Lucia Melcherts, voorzitter van stichting Massaschade & Consument. “Er is ingegaan op een vraag of het courtageverbod een wettelijke bepaling is waarmee het een platform als Airbnb verboden wordt om dubbele bemiddelingskosten te rekenen. Volgens de Hoge Raad is die specifieke bepaling dat dus niet. Maar daarmee wordt niet uitgesproken dat Airbnb’s verdienmodel door de beugel kan. Er zijn genoeg regels die paal en perk stellen aan de kosten die bemiddelaars zoals Airbnb mogen opvoeren.”
De beslissing bleek voor twee andere organisaties met een vergelijkbare rechtszaak reden om direct de handdoek in de ring te gooien. Melcherts stelt dat hun deelnemers zich alsnog bij haar stichting kunnen aanmelden, dat nu de enig overgebleven partij is die zich inzet voor teruggave van de servicekosten. “Er is geen reden om ons nu gewonnen te geven. We hebben heel scherp gekeken naar wat de implicaties zijn van de uitspraak van de Hoge Raad voor onze zaak, en daar de belangen van onze tienduizenden deelnemers bij opgeteld. Daarop hebben we besloten om de collectieve actie met kracht door te zetten.
De rechtbank Den Haag heeft de stichting in de gelegenheid gesteld om deze week haar standpunt inhoudelijk toe te lichten.